In ons Franse boerderijtje verzamelen de spullen ‘voor Saint Mihiel’ zich grotendeels in één kamer. Op de grond, tafel en kastjes staan borden, bestek, glazen, schalen, snijplanken, weckpotten, vazen, een muurrekje, bakjes, kookgerei, enz enz. Oude meuk. Voor mij tweedehands/vintage/antiek en kwalitatief goed spul. Ik ben die persoon die op brocantes en in kringlopen altijd alles omdraait, zoekend naar een merkje onderop. Bijvoorbeeld onverwoestbaar glaswerk van Arcoroc, Duralex, Luminarc, Pyrex of La Roch`ere, of wijn- en borrelglaasjes van geslepen kristal. En oud serviesgoed uit de streek. Gietijzer, vooral braadpannetjes van Le Creuset, Cousances of Aubecq zijn blije vondsten. Ik probeer altijd de herkomst te ontdekken. Robin noemt het inmiddels ‘Warna’s Winkeltje‘.
Verder ‘red’ ik graag spullen die sporen van een leven lang gebruik meedragen. Zoals oneindig geslepen oude keukenmesjes. Dat komt door mijn opa. Als klein meisje zag ik hem zitten op zijn centrale plek aan de keukentafel. Bij de kachel en met een kwartslag draaien recht tegenover de televisie op het kastje naast het aanrecht. Een wat stugge boer, geboren in 1898 in Groningen, kort van stof, gebogen over zijn diepe bord. Pet af bij het eten – een wit voorhoofd boven zijn bruinverweerde hoekige gezicht met uitstaande oren. Eerst werd de soep opgeschept, dan volgden in hetzelfde bord – op de laatste sliertjes vermicelli – de aardappels, vlees en groente en tenslotte de ‘gellebrie’ (custard) met bessensaus. Een man van gewoontes. Als hij een kip, haantje, haas of fazant geslacht had, kreeg hij ’s avonds de organen, zoals maag, lever en hart op zijn bord. Zijn lievelingskostje. En iedere hap sneed hij met een mes waarvan het gammele houten heft met een touwtje gerepareerd was en een onooglijk vorkje met scheef afgesleten tanden door het decennialange geschraap over zijn bord. Op een gegeven dag zakte zijn hoofd na de soep op zijn bord – en bleef liggen. Hij is 88 jaar geworden. Een rustiger dood is bijna niet denkbaar. Dat bestekje zal ik nooit wegdoen.
De sporen van een soms levenslange arbeid of koestering. Zoals die eenvoudige oude keukentafel waar mijn opa aan zat. Niks bijzonders. Maar voor mij wel. Het was een huwelijkscadeau in 1925 voor oma. Het blad onder het tafelkleed is gehavend; de diepe lijnen zijn het resultaat van jarenlang slachten van de varkens op hun boerderij.
Verhalen, kwaliteit, herinneringen en esthetiek weeg ik steeds mee als ik iets bewaar, verzamel of koop. Ik hou van historie. Ook van de merken; daarom weet ik dat de ijzergieterij Cousances (in de Meuse, vanaf 1553) onverwoestbare pannen maakte en in 1957 door Le Creuset (die van de braadpannen) is overgenomen. Dat weer later Godin inlijfde, bekend van kachels en fornuizen.
Mijn ‘winkeltje’ vult zich gestaag. Als het moet hebben we best veel, zeker voor een eerste inrichting. En we hebben de tijd. Nemen die ook. Anders dan bij ons boerderijtje ruim twintig jaar geleden. Toen waren we ontzettend blij met iedere gift/vriendenprijsje van familie, vrienden en collega’s: met drie rondrennende kleine kindjes hadden we geen tijd of zin om rustig op zoek te gaan of te wachten op iets speciaals. Alles wat we aangeboden kregen was welkom, van servies tot bedden, kastjes en stoelen. ‘Wij hebben net een nieuwe gekocht, hebben jullie interesse in <vul maar in>?’. Zo lief. Jaren later kwam de omslag en pasten we de inrichting langzaam aan naar de stijl van het huis en onze eigen smaak. Veel spullen hebben we bewaard en ik zal zeker weer wat van zolder halen omdat het eigenlijk prima past in Saint Mihiel. Kan niet wachten! Helaas is de invloed van de zoon-burgemeester blijkbaar niet groot genoeg, want de ondertekening en sleuteloverdracht bij de notaris staat nog steeds op 31 januari.
