De Marsoupe

Vandaag mooi weer, en tijd. Maar nog steeds geen bericht van de notaris en geen sleutel. Dan maar de buurt wat verder verkennen. Ik rij naar Saint Mihiel en zoek naar plekken waar je een auto zou kunnen parkeren op loopafstand van het huis in de Rue des Tanneurs. Niet direct voor de deur, daar heeft de smalle stoep een gele band. Verboden te parkeren. Eventueel aan de overkant, maar daar staat regelmatig een auto van een buurman of -vrouw. Een alternatief zoeken lijkt me beter. Als je het korte straatje, Rue des Trois Maisons tegenover het huis doorsteekt, kom je bij de parallelstraat iets hoger tegen de heuvel.

Van de oude huizen is een aantal er slecht aan toe. Staan leeg, met gebroken ramen, afgebladderde verf en beschadigd stucwerk. Andere zijn bewoond en zien er prima onderhouden uit met frisgeschilderde kozijnen en luiken, strak stucwerk en dubbel glas. Er waren in de wijk best wat huizen te koop afgelopen periode. De bordjes à vendre (te koop) zijn voor een deel overplakt met vendu (verkocht), of weggehaald. Gaat snel! Nou weten we ook dat huizen soms jaren leeg staan – zoals dat op nummer 18 naast ons – en steeds verder in verval raken voordat er iets mee gedaan wordt. Het is vaak een erfeniskwestie: kinderen erven een huis, worden het niet eens over de verkoop en geld voor onderhoud is er niet. Doodzonde natuurlijk, maar weinig aan te doen. Een van de grootste valkuilen bij de koop van een Frans huis is dat je koopt van iemand, die later nog 8 broers en zussen heeft die het allemaal eens moeten zijn. Zo niet, dan kun je de koop vergeten. Die onrust borrelt op de achtergrond ook door mijn buik. Eerst zien, dan geloven….

Maar goed, parkeerplaats dus. Ik zie dat op de hoek van een braakliggend stukje grond het gras is platgereden; hier kun je een auto parkeren. Hm, niet ideaal en waarschijnlijk een illegaal plekje van een bewoner uit de straat. Op het pleintje van Ligier Richier is overigens wel steeds plek. Maar ja, een autovrij plein is veel mooier – laten we daar vast op vooruitlopen.

En dan zie ik opeens in de hoek van het plein een blauw bord met een P op de hoek van de Ruelle du Tribel hangen, het straatje naast de bakker. Ik rij erin en jawel, 50 meter verder ligt een heuse parkeerplaats voor misschien wel tien auto’s. Aan het straatje oude huizen en schuren en een verhoogde tuin aan de achterkant van een groot monumentaal pand. Aan de andere kant een lage muur en oude gebouwen. Naast de muur staat een bord met uitleg van een monument. Ik stap uit en lees dat je hier voor een overblijfsel van de originele oude stadsmuur staat. Wow, die ken ik van de plattegrond uit de twaalfde eeuw.

Dan kijk ik over het lage muurtje, en mijn hart maakt een sprongetje: er stroomt water. De Marsoupe, dat moet wel! Het komt links van een gewelf onder de huizen aanstromen en verdwijnt rechts onder de oude stadsmuur. Tot nu toe wist ik niet of het stroompje dat ik op oude kaarten en bij het kadaster had gezien, nog water zou bevatten. Of een drooggevallen greppel is, zoals je in deze streek wel vaker ziet. Maar hier stroomt drie meter breed heel langzaam het ondiepe en heldere water richting de Meuse. Een meer dan duizend jaar geleden door monniken aangelegde aftakking van de Marsoupe. Fantastisch. Hoe zal dat achter ons huis onder de binnenplaats eruit zien….

De Marsoupe, vlakbij de oude stadswal

Plaats een reactie